An Unexpected Comedy of Gouda Wheels

Fluent Fiction – Dutch
www.FluentFiction.org/Dutch
Story Transcript:
Nl: Anna en Jan fietsten door de drukke straten van Amsterdam.
En: Anna and Jan cycled through the busy streets of Amsterdam.

Nl: De zon scheen fel en de stad leek te trillen van de drukte.
En: The sun shone brightly and the city seemed to shake with the bustle.

Nl: Anna was dol op het verkennen van de stad op de fiets, en ze genoot van de frisse lucht en het gevoel van de wind in haar haar.
En: Anna loved exploring the city by bicycle, enjoying the fresh air and the feeling of the wind in her hair.

Nl: Jan hield niet zo van de drukke straten, maar hij vond het leuk om bij Anna te zijn.
En: Jan didn’t really like the busy streets, but he liked being with Anna.

Nl: Plotseling klonk er een harde klap.
En: Suddenly there was a loud bang.

Nl: Anna had niet opgelet en was tegen het kraampje van een kaasverkoper aangereden.
En: Anna hadn’t been paying attention and had crashed into a cheese seller’s stall.

Nl: De wielen van de fietsen begonnen te draaien en de kaaswielen begonnen te rollen.
En: The wheels of the bicycles began to spin and the cheese wheels began to roll.

Nl: Het was een komisch gezicht.
En: It was a comic sight.

Nl: Mensen begonnen te lachen en te applaudisseren.
En: People started laughing and applauding.

Nl: Anna en Jan keken elkaar geschrokken aan.
En: Anna and Jan looked at each other in shock.

Nl: Ze wisten niet wat ze moesten doen.
En: They didn’t know what to do.

Nl: De kaasverkoper was boos en schreeuwde naar hen in het Nederlands.
En: The cheese seller was angry and yelled at them in Dutch.

Nl: Anna probeerde te helpen door de wielen terug te rollen naar de kaasverkoper.
En: Anna tried to help by rolling the wheels back to the cheese seller.

Nl: Maar Jan had een andere oplossing.
En: But Jan had a different solution.

Nl: Hij bood de verkoper geld aan om de schade te vergoeden en bood zijn excuses aan.
En: He offered the seller money to pay for the damage and apologized.

Nl: De kaasverkoper was blij en gaf Anna en Jan een stuk kaas als bedankje.
En: The cheese seller was happy and gave Anna and Jan a piece of cheese as a thank you.

Nl: Anna en Jan lachten en fietsten weg.
En: Anna and Jan laughed and cycled away.

Nl: Ze hadden een leuke dag gehad in Amsterdam en waren blij dat ze het kraampje van de kaasverkoper hadden kunnen redden.
En: They had had a nice day in Amsterdam and were happy that they had been able to save the cheese seller’s stall.

Nl: Ze zouden nooit meer vergeten hoe ze een komische cascade van Gouda wielen hadden veroorzaakt.
En: They would never forget how they caused a comical cascade of Gouda wheels.

Vocabulary Words:
Anna : Anna
Jan : Jan
fietsen : cycle
straat : street
Amsterdam : Amsterdam
zon : sun
drukte : bustle
verkennen : explore
fiets : bicycle
frisse lucht : fresh air
wind : wind
haar : hair
kaas : cheese
verkoper : seller
aanrijden : crash
komisch : comic
gezicht : sight
lachen : laugh
applaudisseren : applaud
geschrokken : shock
Nederlands : Dutch
helpen : help
geld : money
schade : damage
excuses aanbieden : apologize
blij : happy
bedankje : thank you
redden : save
Gouda : Gouda